ID-Teaser-Rebrush-Company-Pic

De grote interplanetaire voorjaarsschoonmaak

Waarvoor dienen satellieten? Onder andere voor communicatie, weersvoorspellingen of wetenschappelijk onderzoek. Maar er zijn er binnenkort teveel van, en satellieten opruimen is lastig. Hier lijkt een oplossing voor te zijn gevonden. Wie weet, “zeilen” de toekomstige satellieten er gewoon van door.

In het heelal wordt het krap. Steeds meer satellieten bewegen zich in een baan die dicht langs de aarde gaat. Daarbij komen duizenden stukken ruimterommel van voorgangers of raketten die niet meer worden gebruikt. Het risico op botsingen en daarmee op miljoenenschade neemt snel toe. Daarom is het geen wonder dat de Europese Ruimtevaartorganisatie ESA bij een conferentie over ruimteafval zich ten doel heeft gesteld, om schroot uit de hemel te verwijderen en onderzoek op het gebied van deorbiting (het uit hun baan rond de aarde halen) van satellieten te ondersteunen.

Een mogelijke oplossing komt uit Groot-Brittannië uit het centrum voor ruimtewetenschappen aan de universiteit van Surrey (SSC). Het idee is simpel: het is de bedoeling dat grote zeilen satellieten na het einde van hun missie binnen 25 jaar richting aarde trekken, waar ze verbranden. Het zeil gebruikt de weerstand van de rest van de atmosfeer, die tot op een hoogte van 600 km aanwezig is.

Carbonarmen stabiliseren het zeil
Het in Surrey ontwikkelde zeil heet InflateSail. Het heeft een oppervlak van vijf bij vijf meter en bestaat uit geavanceerd kunststoffolie. De zeilmodule is kleiner dan een schoenendoos en weegt maar twee kilo. Maar niet alleen het gewicht is van belang, de techniek dient eveneens winstgevend en vooral robuust te zijn. De techniek maakt immers geen deel uit van het eigenlijke missiedoel van de satelliet. Pas als deze onbruikbaar is geworden – dus na tien tot twintig jaar – wordt het InflateSail gebruikt. Dan gebeurt het volgende: eerst klapt een opblaasbare mast uit. Daarna wordt het zeil met behulp van vier carbonarmen uitgeklapt. Deze zorgen voor stabiliteit. Als het zeil eenmaal is uitgevouwen brengt het zeil de satelliet geleidelijk steeds dichter bij de aarde, tot deze neerstort en in de atmosfeer verbrandt. Met deze technologie kunnen volgens de ingenieurs objecten met een gewicht tot 700 kilo uit de hemel worden verwijderd.

Jarenlange ervaring in het heelal
Voor het uitklappen is een borstelloze EC-max motor van maxon verantwoordelijk. Deze wordt gecombineerd met een GP-16-planetaire overbrenging, die met keramische elementen is uitgerust om een lange levensduur en een hoge corrosiebescherming te kunnen waarborgen. De aandrijving met een diameter van 16 mm voldoet aan de hoogste eisen en werkt ook in het heelal. maxon gebruikt hier zijn jarenlange ervaring in de lucht- en ruimtevaart, bijvoorbeeld bij de marsmissies of het SpaceX-programma.

Andrew Viquerat, wetenschappelijk onderzoeker bij de SSC: “Wij werken al jaren met maxon samen en zullen dat ook in de toekomst blijven doen – alleen al vanwege de betrouwbaarheid van de producten. Bovendien zijn de mensen bij maxon altijd geïnteresseerd en bereid om te helpen, ook als onze wensen zonder meer buitengewoon zijn.”

Eerste test volgend jaar
Binnenkort wordt duidelijk of het InflateSail de praktijktest doorstaat, als het als onderdeel van het QB50-nanosatelliet-project de ruimte wordt ingeschoten. Bij dat project wordt het zeil eerst als aan
drijving gebruikt en stuwt de satelliet met behulp van de zonnewind voort. Pas na een jaar wordt de manoeuvre begonnen die moet leiden tot het veilig neerstorten en verbranden ervan. Een gelukte missie zou kunnen leiden tot een snelle commerciële toepassing van de ontwikkeling en ertoe bij unnen dragen dat de hemel ver boven ons schoon blijft.

 © maxon motor ag

Contact

maxon motor benelux bv

Josink Kolkweg 387545 PR EnschedeNederland
+31 53 744 07 44 -
Contact